Het Materialendecreet en op het Vlaams Reglement voor het duurzaam beheer van materialenkringlopen en afvalstoffen, VLAREMA.
Artikel 26 van het Materialendecreet geeft aan de gemeenten de opdracht om huishoudelijke afvalstoffen zo veel mogelijk te voorkomen of te hergebruiken, op regelmatige tijdstippen op te halen of op een andere wijze in te zamelen.
Artikel 10 van het Materialendecreet bepaalt dat de gemeenten de kosten van het beheer van huishoudelijk afval moeten verhalen op de afvalproducenten.
Artikel 5.1.1 van het VLAREMA bepaalt dat de gemeenten het principe “de vervuiler betaalt” toepassen bij de berekening van de bijdrage in de kosten die door de burger moeten worden betaald.
Bijlage 5.1.4 van het VLAREMA legt de minima en maxima tarieven vast voor de inzameling van een aantal afvalstoffen.
Het huidige retributiereglement op de selectieve inzameling van huisvuil met diftar (2021-2025) werd goedgekeurd op 15 december 2020.
De huis-aan-huis ophaling van huisvuil wordt door IGEAN georganiseerd in het kader van de beheersoverdracht van 29 september 2020 voor de uitvoering van de huis-aan-huisophaling van huisvuil.
Het stadsbestuur stelt in dit kader de nodige inzamelrecipiënten ter beschikking.
Huisvuil kan worden aangehouden in kunststofemmers met een inhoud van 40 liter of kunststofcontainers met een inhoud van 120 liter, 240 liter of 1.100 liter.
De volgende wijzigingen werden aangebracht:
- inhoudelijk: toevoeging artikel 4.4 betreffende de retributie voor wieltjes voor de kunststofemmer van 40 liter.
- tarieven: toevoeging artikel 4.4 betreffende het tarief voor wieltjes voor de kunststofemmer van 40 liter.
De gemeenteraad keurt met ingang van heden toevoeging van artikel 4.4 aan het retributiereglement voor de selectieve inzameling van huisvuil met diftar voor de aanslagjaren 2021-2025, zoals werd goedgekeurd in de gemeenteraad van 15 december 2020, goed.