De vorige zitting van de gemeenteraad vond plaats op 27 september 2022. De notulen van deze vorige vergadering dienen goedgekeurd te worden.
De gemeenteraad hecht goedkeuring aan de notulen van 27 september 2022.
Het college keurde op 12 september 2022 een eerste reeks maatregelen goed om het energieverbruik van het lokaal bestuur te beperken.
Over de openbare verlichting werd nog geen beslissing genomen omdat de impact nog niet duidelijk was. Fluvius kan drie mogelijkheden aanbieden:
- Fluvius kan binnen eenzelfde zendgebied de branduren van de openbare verlichting eenvoudig aanpassen mits akkoord van alle betrokken gemeenten in het zendgebied. Helaas maakt Mortsel deel uit van een groot zendgebied en geldt de aanpassing van de branduren voor het hele grondgebied. Er is geen eensgezindheid van alle betrokken gemeenten om dit over het hele grondgebied in te voeren (vb stad Antwerpen wil dit maar voor een deel van het grondgebied);
- de laatste generatie LED verlichting (met halve bol bovenop armatuur) kan ook eenvoudig worden aangestuurd maar er zijn slechts weinig van deze armaturen in Mortsel aanwezig op dit moment. Hierdoor is dit scenario evenmin een oplossing om veel energie te besparen;
- de derde mogelijkheid wordt hieronder verder beschreven.
In samenwerking met Fluvius is het mogelijk om de openbare verlichting in de woonstraten, parken en plantsoenen volledig te doven in een zelf te kiezen tijdsblok (bijvoorbeeld van 23.00 tot 6.00 uur of van 0.00 tot 5.00 uur of …) zoals dit ook in Lint en Kapellen gebeurt.
In het goedgekeurde klimaatactieplan Mortsel (actie O.D 1.4) wordt bovendien vermeld dat het stadsbestuur een plan zal opmaken om in woonstraten de openbare verlichting volledig te doven tussen 23.00 en 6.00 uur.
besparingspotentieel
Afhankelijk van de keuze van het tijdsblok en het aantal woonstraten waar de verlichting zal worden gedoofd zijn besparingen tot 30% op het elektriciteitsverbruik van de openbare verlichting mogelijk. Het huidige verbruik voor de openbare verlichting in Mortsel bedraagt 1.000.000 kWh/jaar (dit is het verbruik van 400 gezinnen) en kost de stad 400.000,00 euro per jaar (aan 0,40 euro/kWh). Een besparing van 30% brengt dus al vlug 120.000,00 euro per jaar op.
Om deze maatregel in te voeren is voorafgaand overleg met Fluvius nodig omdat de sturing van de openbare verlichting (OT’s) moet aangepast worden en hiervoor 46,20 euro per OT moet betaald worden. Er zijn 1.403 OT’s in Mortsel wat betekent dat er een investering van 64.819,00 euro nodig is met een terugverdientijd van zeven maanden. Indien er in bepaalde straten geen wijzigingen gebeuren, moeten hier ook geen OT’s worden aangepast en zijn de kosten maar ook de opbrengsten lager.
Indien het stadsbestuur deze maatregel wil terugdraaien of aanpassen moet terug een gelijkaardige investering gebeuren om alle OT's terug aan te passen.
De volledige verledding van de openbare verlichting zorgt stapsgewijs voor een vermindering van elektriciteitsverbruik van de openbare verlichting met 40% tegen 2030.
Indien de openbare verlichting dagelijks tussen 0.00 en 5.00 uur gedoofd wordt (d.w.z. tijdens de helft van de totale jaarlijkse brandtijd) zal de totale energiebesparing tussen nu en 2030 oplopen van 30% nu tot 50% in 2030.
Het doven van de openbare verlichting in de woonstraten zorgt dus vooral in de periode 2023-2025 voor een stevige besparing die daarna afneemt naarmate de verledding verder toeneemt.
uitvoeringstermijn
Aangezien Fluvius de OT's één voor één moet ombouwen zal het minstens twee maanden duren (30 OT's per dag is haalbaar voor Fluvius) voor deze maatregel in heel Mortsel is uitgerold. Budgettair moet er dus in 2022 geïnvesteerd worden terwijl de financiële opbrengsten pas in de tweede helft van 2023 binnenkomen (na afloop van de terugverdientijd van zeven maanden).
Het spreekt daarom voor zich dat deze maatregel niet voor één jaar kan genomen worden maar minstens voor de periode tot de volledige openbare verlichting is omgebouwd naar de eenvoudig stuurbare LED-verlichting (huidige planning = 2030).
waar
Deze maatregel geldt niet op de gewestwegen (Antwerpsestraat, Mechelsesteenweg, Statielei, Liersesteenweg, Vredebaan en Krijgsbaan), de fietsostrades F1 en F10 en op basis van het masterplan openbare verlichting, goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen op 10 oktober 2016, ook niet op volgende gemeentewegen: Boechoutselei, Deurnestraat (tussen Zilverbeeklaan en rondpunt Septestraat), Drabstraat, Edegemsestraat, Groenstraat, Guido Gezellelaan, Heirbaan, Lodewijk Dosfellei (tussen Stadsplein en Fortstraat), Molenlei, Molenstraat (tussen Mechelsesteenweg en Jordaenslei), Roderveldlaan, Wouwstraat (tussen Groenstraat en Boechoutselei).
conclusie
Het doven van de openbare verlichting in de woonstraten dagelijks tussen 0.00 en 5.00 uur levert een besparing van +/- 120.000 euro per jaar op en moet voor een periode van minstens zeven jaar (tot 2030) worden genomen. Na 2030 kan de openbare verlichting veel eenvoudiger aangestuurd worden waardoor wijzigingen van de brandregimes terug vlot kunnen doorgevoerd worden.
De gemeenteraad beslist Fluvius te vragen om de openbare verlichting dagelijks te doven tussen 0.00 en 5.00 uur voor een periode van minstens zeven jaar (tot 2030) behalve langs de fietsostrades F1 en F10 en op basis van het masterplan openbare verlichting, goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen op 10 oktober 2016, ook niet op volgende gemeentewegen: Boechoutselei, Deurnestraat (tussen Zilverbeeklaan en rondpunt Septestraat), Drabstraat, Edegemsestraat, Groenstraat, Guido Gezellelaan, Heirbaan, Lodewijk Dosfellei (tussen Stadsplein en Fortstraat), Molenlei, Molenstraat (tussen Mechelsesteenweg en Jordaenslei), Roderveldlaan, Wouwstraat (tussen Groenstraat en Boechoutselei).
De gemeenteraad heeft op 24 mei 2022 de jaarrekening 2021 vastgesteld. De jaarrekening werd gepubliceerd op de website van de gemeente. Het gemeentebestuur bracht de toezichthoudende overheid op de hoogte van deze publicatie op 30 mei 2022 en bezorgde de digitale rapportering eveneens op 30 mei 2022.
Op basis hiervan onderzocht het Agentschap Binnenlands Bestuur de jaarrekening. Het nazicht heeft niet geleid tot formele vaststellingen. Een aantal technische bemerkingen werden geformuleerd en als bijlage bij dit punt gevoegd.
Bij besluit van 10 oktober 2022 keurde de gouverneur de jaarrekening goed.
De gemeenteraad neemt akte van het besluit van de gouverneur van 10 oktober 2022 tot goedkeuring van de jaarrekening over het boekjaar 2021 van de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn van Mortsel.
De kerkfabrieken Heilig Kruis heeft op 19 september 2022 het budget 2023 ingediend bij het bisdom Antwerpen dat op 19 september 2022 in zijn hoedanigheid van erkend representatief orgaan gunstig advies heeft verleend.
Op 30 september 2022 heeft de kerkfabriek het budget ingediend bij de gemeentelijke overheid. Deze dient zich uit te spreken over het budget binnen een termijn van 50 dagen die ingaat op de dag na het inkomen van het budget bij de gemeenteoverheid. Als binnen deze termijn geen besluit naar de provinciegouverneur, het Centraal Kerkbestuur en de kerkfabrieken in kwestie en het erkend representatief orgaan is verstuurd, wordt de gemeenteraad geacht het budget te hebben goedgekeurd. Als het budget past in het goedgekeurde meerjarenplan (MJP), kan de gemeenteraad enkel akte nemen van het budget.
Bij nazicht van het budget 2023 stellen we vast dat het budget niet past in het goedgekeurd meerjarenplan 2020-2025. De gevraagde exploitatietoelage bedraagt 46.763,31 euro waar het MJP een toelage van 20.960,00 euro vooropstelt. In de begeleidende nota wordt verwezen naar de hoge energiekosten die slechts gedeeltelijk kunnen worden opgevangen door een aantal dringende herstellingen uit te stellen.
Zoals gesteld in het overleg tussen centraal kerkbestuur en stad Mortsel van 23 juni 2022 dienden de kerkfabrieken de nodige verschuivingen binnen het budget uit te voeren zodat de exploitatietoelagen binnen het MJP 2020-2025 blijven. Heilig Kruis heeft dit niet opgevolgd zodat een aanpassing van het budget nodig is behalve voor de kosten die betrekking hebben op het vieren van de eredienst.
Artikelen 41 tot en met 50 van het Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten.
Besluit van de Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten.
Ministerieel besluit van 27 november 2006 tot vaststelling van de modellen van de boekhouding van de besturen van de eredienst en ter uitvoering van artikel 46 van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 oktober 2006.
Decreet van 6 juli 2012 tot wijziging van diverse bepalingen van het decreet van 7 mei 2004 (B.S. 16.08.2012).
De gemeenteraad keurt het aangepaste budget 2023 van de kerkfabriek Heilig Kruis goed zodat dit past binnen het goedgekeurde meerjarenplan 2020-2025.
Op 22 mei 2018 werd door de gemeenteraad de opdracht tot ontwikkeling van het project Stadsterras Oude God gegund aan DMI Vastgoed nv, Herkenrodesingel 4b te 3500 Hasselt.
Op 20 augustus 2018 hechtte het college goedkeuring aan de overeenkomst met opdrachtnemer DMI Vastgoed nv, Herkenrodesingel 4b te 3500 Hasselt, voor het ontwerp en de bouw van de publieke delen in het kader van het project ontwikkeling Stadsterras Oude God. En aan de overeenkomst met opdrachtnemer DMI vastgoed nv, Herkenrodesingel 4b te 3500 Hasselt, voor de vestiging van een opstalrecht met het oog op de realisatie van de private delen in het kader van het project ontwikkeling Stadsterras Oude God.
Op 5 september 2018 werd de DB-overeenkomst (design & build) voor de publieke delen van het stadsontwikkelingsproject Stadsterras ondertekend. Betrokken partijen zijn de stad Mortsel, de Sociale Huisvestingsmaatschappij De Ideale Woning cvba en LBC-NVK Volwassenonderwijs vzw samen als publieke opdrachtgevers en DMI Vastgoed NV als opdrachtnemer voor het ontwerp en de bouw van diverse publieke delen.
Het nieuw op te richten onroerend complex 'Stadsterras-Oost' maakt deel uit van voormeld projectgebied. In een eerste fase worden er BEN (bijna energie neutraal) appartementen aangeboden in drie deelgebouwen: Mimir met twaalf appartementen en drie kantoren op het gelijkvloers, Iduna met een school en zestien appartementen en Gefion met 39 appartementen en een supermarkt op het gelijkvloers. Ondergronds komen er 251 parkeerplaatsen, tien autoboxen en 41 bergingen. De verkavelingsakte en de statuten van de gebouwen worden ter goedkeuring voorgelegd.
Artikel 577-4, §1 van het burgerlijk wetboek bepaalt dat de basisakte en het reglement van mede-eigendom, die de statuten van het gebouw of groepen van gebouwen vormen, alsook iedere wijziging die daarin wordt aangebracht, het voorwerp moeten zijn van een authentieke akte.
Het gemeenteraadsbesluit van 22 mei 2018 waarin de opdracht tot ontwikkeling van het project Stadsterras Oude God werd gegund.
Het collegebesluit van 20 augustus 2018 waarin de overeenkomst met opdrachtnemer DMI Vastgoed nv voor het ontwerp en de bouw van de publieke delen en voor de vestiging van een opstalrecht met het oog op de realisatie van de private delen in het kader van het project ontwikkeling Stadsterras Oude God werden goedgekeurd waarvan de akte recht van opstal van 8 augustus 2019 verleden werd voor notaris Tine Landuydt.
Het collegebesluit van 30 maart 2020 waarin goedkeuring werd gehecht aan de omgevingsvergunning OMV_2019101299 aangevraagd door DMI vastgoed (thans CIRIL NV) voor fase 1 van het project Stadsterras goed, Mechelsesteenweg 30,32 en 34.
De gemeenteraad hecht goedkeuring aan het ontwerp van de verkavelingsakte, gelegen aan de Mechelsesteenweg 28, voor de uitvoering van het woonproject met woningen en commerciële functies met een bijhorende ondergrondse parking.
De gemeenteraad hecht goedkeuring aan de statuten van de gebouwencomplexen 'Stadsterras-Oost' bestaande uit een hoofdsplitsingsakte voor de hoofdvereniging van mede-eigenaars van het hele onroerend complex en vier ondersplitsingsakten voor elk van de deelverenigingen:
-residentie 'Iduna' bestaande uit de basisakte en het reglement van mede-eigendom voor een school en 16 appartementen;
-residentie 'Gefion' bestaande uit de basisakte en het reglement van mede-eigendom voor een commerciële ruimte en 39 appartementen;
-residentie 'Mimir' bestaande uit de basisakte en het reglement van mede-eigendom voor 3 kantoren en 12 appartementen;
-ondergrondse parking bestaande uit de basisakte en het reglement van mede-eigendom voor
251 autostaanplaatsen, 10 autoboxen en 41 bergingen.
Het is een bekend gegeven dat meer en meer parochiekerken niet langer gebruikt worden. De redenen daarvoor zijn voldoende gekend: het aantal kerkgangers en bedienaars van de eredienst daalt en de kosten voor onderhoud, verwarming, verzekering en restauratie van de talrijke kerkgebouwen in Vlaanderen nemen eerder toe dan af. Die vaststelling vertaalt zich ook in de cijfers. Sedert 2011 tot einde 2021 werden door de bisschoppen 181 kerkgebouwen aan de eredienst onttrokken.
Onderzoek van alle beschikbare kerkenbeleidsplannen toont bovendien aan dat de komende jaren bijna één vijfde van de kerken (18,7%) in aanmerking komt voor herbestemming en iets meer dan een tiende van de kerken (11,3%) deels, ruimtelijk, in aanmerking komt voor een nevenbestemming. Samen zouden dus bijna 30% van de kerken de komende jaren betrokken worden in een project van her- of nevenbestemming.
Ook in onze gemeente volgen de kerkbezoeken de Vlaamse trend en zijn er een aantal kerken die in aanmerking komen voor herbestemming of een nevenbestemming kunnen krijgen.
Vlaams Parlementslid Joke Schauvliege liet in het Vlaams Parlement een resolutie goedkeuren waarin de Vlaamse regering werd aangespoord bijkomend in te zetten op het zoeken naar gedragen en waardige herbestemmingen van kerkgebouwen en om de lokale besturen daarbij de nodige ondersteuning te bieden. Als gevolg daarvan heeft de Vlaamse regering een nieuwe oproep gelanceerd ter ondersteuning van instandhoudings- en restauratiewerken die nodig zijn om:
- de herbestemming van kerkgebouwen te verzekeren;
- de structurele nevenbestemming ervan te verzekeren;
- de kerk klaar te maken voor meervoudig gebruik.
Dossiers dienen ingediend te worden uiterlijk op 1 februari 2023. Voor herbestemming en nevenbestemming komen dossiers in aanmerking waar de minimale kost 750.000 euro is (maximale plafond 2.000.000 euro) daarvoor wordt een premie voorzien van 40% of 60% indien er een kerkenbeleidsplan is. Voor meervoudig gebruik kunnen dossiers al ingediend worden met een kostprijs van 125.000 euro, daar wordt 30% via een premie terugbetaald.
Overweegt het bestuur een dossier in te dienen om in aanmerking te komen voor deze subsidie? Welke stappen zijn reeds gezet om de deadline te halen?
Indien niet, wat is de visie op de financiering van de herbestemming of nevenbestemming van de kerken?
voorstel van beslissing
De gemeenteraad geeft de opdracht aan de schepen van financiën om te onderzoeken of de stad Mortsel in aanmerking kan komen voor de subsidiëring van herbestemming van kerkgebouwen binnen onze stad.