Voor de inkomsten van de stad is het aangewezen om jaarlijks tijdig de aanvullende belastingen te stemmen.
De vaststelling en de inning van de gemeentebelasting zal door toedoen van het bestuur van de directe belastingen geschieden zoals bepaald in artikel 469 van het Wetboek Inkomstenbelastingen van 1992.
De aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting en de aanvullende agglomeratiebelasting op de personenbelasting worden berekend op de personenbelasting zoals vastgesteld in artikel 466 van het Wetboek Inkomstenbelastingen van 1992.
De gemeenteraad beslist voor het aanslagjaar 2024 een aanvullende gemeentebelasting vast te stellen op de belasting op de natuurlijke personen die op 1 januari van het betrokken aanslagjaar in de stad gedomicilieerd zijn.
De belasting wordt vastgesteld op 6,50% van de berekende grondslag voor hetzelfde aanslagjaar.
Deze belasting wordt gevestigd op basis van het inkomen dat de belastingplichtige heeft verworven in het aan het aanslagjaar voorafgaande jaar.